Metrum:
Woningloze - J. Slauerhoff
Alleen in mijn gedichten kan ik wonen.
Nooit vond ik ergens anders onderdak
voor de eigen haard gevoelde ik nooit een zwak
een tent werd door den stormwind meegenomen.
Alleen in mijn gedichten kan ik wonen.
Zoolang ik weet dat ik in wildernis,
in steppen, stad en woud dat onderkomen
kan vinden, deert mij geen bekommernis.
Het zal lang duren, maar de tijd zal komen
dat voor den nacht mij de oude kracht ontbreekt
en tevergeefs om zachte woorden smeekt,
waarmee 'k welkeer kon bouwen, de aarde
mij bergen moet en ik mij neerbuig naar de
plek waar mijn graf in 't donker openbreekt.
In dit gedicht zit geen doorlopend metrum. Er zijn wel vormen van elisie: 'k en 't in de laatste strofe zijn duidelijke voorbeelden. Ook 'zoolang ik' wordt bij het voorlezen van het gedicht samengetrokken. De schrijver heeft veel gebruik gemaakt van enjambement in dit gedicht. De laatste twee regels van de tweede strofe en de laatste twee regels van de laatste strofe zijn hier goede voorbeelden van. De schrijver maakt vooral gebruik van het enjambement om het rijmschema kloppend te maken.
Rijm:
Woningloze heeft geen dichtsoort, maar wel een rijmschema: gebroken rijm met ABBC - ADCD - CEEFFE. De A in het rijmschema is een zin die herhaald wordt, en dus gelijk rijm. B, D en E zijn mannelijk rijm, C en F zijn vrouwelijk rijm. Nacht - kracht in versregel twee van de laatste strofe is binnenrijm, in combinatie met zachte in de volgende regel ook middenrijm. Steppen - stad en waarmee - welkeer zijn voorbeelden van alliteratie.
Kind van Mei - (dichter onbekend)
Ik ben een Kind van Mei, een dagdromer, als ik in
het rond kijk, ontwaar ik waarheden, als bloesems blaas
ik ze van bomen, de atomen vormen een waas
van een wanordelijke waarachtigheid waarin
ik mezelf verlies, waarin ik mezelf niet terug vind,
maar heus, dat geeft niet, want ik draag de onwetendheid
als een vest. Wanneer het lente is, trek ik geheid
het vest weer uit, want ik ben van Mei, een lentekind
Ik besef me terdege, dat ik ben verwekt in
de apotheose van een zonnige zomer
een broeierig najaar waar zwoele zomerse zin
wederom overwon, hoewel de liefde lomer
was, en 't behagen trager ging, maar toch evenmin
geboorte gaf aan een Kind van Mei, een dagdromer.
Dit gedicht is een sonnet. Het heeft vier strofen, waarbij de eerste twee strofen vier regels hebben en de laatste twee strofen drie, dus twee kwatrijnen en twee terzetten.
Ook het rijmschema is dat van een sonnet: ABBA - ABBA - CDC - DCD
Alle regels hebben dus eindrijm. Bij bijna alle regels is dat mannelijk rijm, met uitzondering van zomer - lomer - dagdromer, dat is vrouwelijk rijm. Bomen - atomen is een voorbeeld van binnenrijm in het gedicht.
Bloesems - blaas, wanordelijke - waarachtigheid - waarin, zonnige - zomer, zwoele - zomerse - zin, liefde lomer en geboorte - gaf zijn voorbeelden van alliteratie in het gedicht. Wederom - overwon en behagen - trager zijn voorbeelden van assonantie.
Klein Orkest - Over De Muur
Oost-Berlijn, unter den Linden:
Er wandelen mensen langs vlaggen en vaandels.
Waar Lenin en Marx nog steeds op een voetstuk staan.
En iedereen werkt, hamers en sikkels,
Terwijl in parade-pas de wacht wordt gewisseld.
Veertig jaar socialisme er is in die tijd veel bereikt...
Maar wat is nou die heilstaat,
Als er muren omheen staan?
Als je bang en voorzichtig met je mening moet omgaan?
Ach, wat is nou die heilstaat, zeg mij wat is ie waard,
Wanneer iemand die afwijkt voor gek wordt verklaard?
Ref.
En alleen de vogels vliegen van Oost- naar West-Berlijn.
Worden niet teruggefloten, ook niet neergeschoten.
Over de muur, over het IJzeren Gordijn,
Omdat ze soms in het westen soms ook in het oosten willen zijn.
Omdat ze soms in het westen soms ook in het oosten willen zijn.
West-Berlijn: de Kurfurstendamm!
Er wandelen mensen langs porno en peepshow.
Waar Mercedes en Cola, nog steeds op een voetstuk staan.
En de neonreclames, die glitterend lokken:
Kom dansen! Kom eten! Kom zuipen! Kom gokken!
Dat is nou veertig jaar vrijheid, er is in die tijd veel bereikt...
Maar wat is nou die vrijheid, zonder huis, zonder baan?
Zoveel Turken in Kreutzberg die amper kunnen bestaan.
Goed... je mag demonstreren, maar met je rug tegen de muur
En alleen als je geld hebt, dan is de vrijheid niet duur.
Ref.
En de vogels vliegen van West- naar Oost-Berlijn.
Worden niet teruggefloten, ook niet neergeschoten.
Over de muur, over het IJzeren Gordijn,
Omdat ze soms in het oosten soms ook in het westen willen zijn.
Omdat er brood ligt soms bij de Gedachtniskirche, soms op het Alexanderplein!
Er wandelen mensen langs vlaggen en vaandels.
Waar Lenin en Marx nog steeds op een voetstuk staan.
En iedereen werkt, hamers en sikkels,
Terwijl in parade-pas de wacht wordt gewisseld.
Veertig jaar socialisme er is in die tijd veel bereikt...
Maar wat is nou die heilstaat,
Als er muren omheen staan?
Als je bang en voorzichtig met je mening moet omgaan?
Ach, wat is nou die heilstaat, zeg mij wat is ie waard,
Wanneer iemand die afwijkt voor gek wordt verklaard?
Ref.
En alleen de vogels vliegen van Oost- naar West-Berlijn.
Worden niet teruggefloten, ook niet neergeschoten.
Over de muur, over het IJzeren Gordijn,
Omdat ze soms in het westen soms ook in het oosten willen zijn.
Omdat ze soms in het westen soms ook in het oosten willen zijn.
West-Berlijn: de Kurfurstendamm!
Er wandelen mensen langs porno en peepshow.
Waar Mercedes en Cola, nog steeds op een voetstuk staan.
En de neonreclames, die glitterend lokken:
Kom dansen! Kom eten! Kom zuipen! Kom gokken!
Dat is nou veertig jaar vrijheid, er is in die tijd veel bereikt...
Maar wat is nou die vrijheid, zonder huis, zonder baan?
Zoveel Turken in Kreutzberg die amper kunnen bestaan.
Goed... je mag demonstreren, maar met je rug tegen de muur
En alleen als je geld hebt, dan is de vrijheid niet duur.
Ref.
En de vogels vliegen van West- naar Oost-Berlijn.
Worden niet teruggefloten, ook niet neergeschoten.
Over de muur, over het IJzeren Gordijn,
Omdat ze soms in het oosten soms ook in het westen willen zijn.
Omdat er brood ligt soms bij de Gedachtniskirche, soms op het Alexanderplein!
Over de Muur van het Klein Orkest gaat over de Berlijnse Muur en de situatie in Berlijn in de jaren '80. Het is geschreven en uitgebracht in 1984 en kwam opnieuw in de top 40 in 1989, toen de Berlijnse Muur viel.
Rijm:
Het eerste deel van het eerste couplet heeft geen rijmschema, maar wel assonantie (vaandels - staan) en alliteratie (vlaggen - vaandels)
Het tweede deel heeft ook geen rijmschema, maar wel twee keer assonantie (sikkels - gewisseld en tijd - bereikt) Het derde deel heeft wel een rijmschema. De eerste regel staat hier los van, maar de rest van de regels hebben een gepaard eindrijm. Staan - omgaan en waard - verklaard zijn beide mannelijk rijm.
Het refrein heeft ook een rijmschema. Door de tweede regel is de uitzondering, die heeft binnenrijm. Teruggefloten - neergeschoten is vrouwelijk rijm. De rest van het refrein is gebroken rijm. Berlijn - Gordijn - zijn - zijn / Alexanderplein is mannelijk rijm. Vogels - vliegen is een alliteratie.
Het eerste deel van het tweede couplet heeft geen rijmschema, maar wel alliteratie (porno - peepshow).
Het tweede deel heeft ook niet echt een rijmschema, de eerste twee regels rijmen, maar de derde regel valt er weer buiten. Lokken - gokken is vrouwelijk rijm. Vrijheid - tijd - bereikt is een assonantie.
Het derde deel heeft wel een rijmschema, namelijk gepaard rijm. Baan - bestaan en muur - duur zijn allebei mannelijk rijm.
Het eerste deel van het eerste couplet heeft geen rijmschema, maar wel assonantie (vaandels - staan) en alliteratie (vlaggen - vaandels)
Het tweede deel heeft ook geen rijmschema, maar wel twee keer assonantie (sikkels - gewisseld en tijd - bereikt) Het derde deel heeft wel een rijmschema. De eerste regel staat hier los van, maar de rest van de regels hebben een gepaard eindrijm. Staan - omgaan en waard - verklaard zijn beide mannelijk rijm.
Het refrein heeft ook een rijmschema. Door de tweede regel is de uitzondering, die heeft binnenrijm. Teruggefloten - neergeschoten is vrouwelijk rijm. De rest van het refrein is gebroken rijm. Berlijn - Gordijn - zijn - zijn / Alexanderplein is mannelijk rijm. Vogels - vliegen is een alliteratie.
Het eerste deel van het tweede couplet heeft geen rijmschema, maar wel alliteratie (porno - peepshow).
Het tweede deel heeft ook niet echt een rijmschema, de eerste twee regels rijmen, maar de derde regel valt er weer buiten. Lokken - gokken is vrouwelijk rijm. Vrijheid - tijd - bereikt is een assonantie.
Het derde deel heeft wel een rijmschema, namelijk gepaard rijm. Baan - bestaan en muur - duur zijn allebei mannelijk rijm.
Metrum:
Het metrum van dit nummer is de dactylus.
Beeldspraak en stijlfiguren
'40 jaar socialisme, er is in die tijd veel bereikt...' en 'dat is nu 40 jaar vrijheid, er is in die tijd veel bereikt...' bevatten allebei ironie. Dat kan je zien aan de drie punten aan het einde.
De coupletten vormen samen een parallellie: eerst wordt het schijnbare goede van dat deel van Berlijn beschreven, maar daarna laat de tekst zien dat dit 'goede' slechts schijn is.
'Het IJzeren Gordijn' is een metafoor voor de Berlijnse Muur.
'En de neonreclames, die glitterend lokken' is een personificatie.
'Kom dansen! Kom eten! Kom zuipen! Kom gokken!' is een enumeratie, een opsomming.
'En alleen als je geld hebt, dan is de vrijheid niet duur' is een paradox.
'40 jaar socialisme, er is in die tijd veel bereikt...' en 'dat is nu 40 jaar vrijheid, er is in die tijd veel bereikt...' bevatten allebei ironie. Dat kan je zien aan de drie punten aan het einde.
De coupletten vormen samen een parallellie: eerst wordt het schijnbare goede van dat deel van Berlijn beschreven, maar daarna laat de tekst zien dat dit 'goede' slechts schijn is.
'Het IJzeren Gordijn' is een metafoor voor de Berlijnse Muur.
'En de neonreclames, die glitterend lokken' is een personificatie.
'Kom dansen! Kom eten! Kom zuipen! Kom gokken!' is een enumeratie, een opsomming.
'En alleen als je geld hebt, dan is de vrijheid niet duur' is een paradox.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten